Kirsten Verdel
Your email address will not be published. Required fields are marked *
Comment *
Name *
Email *
Website
![](http://www.xs4all.nl/~kirstenv/pvda/pvda.jpg" align=right></p>
<p><strong>Persbericht PvdA Zuid-Holland</strong> </p>
<p>De PvdA-statenfractie in Zuid-Holland heeft vragen gesteld aan het college van GS over het gebrek aan goede en betaalbare woningen in de provincie. De PvdA constateert dat gemeenten zelden een eenduidige definitie van ‘sociale woningbouw’ hanteren. Hierdoor lopen de maximumprijzen van sociale woningbouw in Zuid-Holland uiteen van 331 tot 605 euro. "Huizen in die laatste categorie kun je met zo’n prijsstelling nauwelijks meer sociale woningen noemen", aldus PvdA-statenlid Kirsten Verdel. </p>
<p>De PvdA wil dat er meer aandacht komt voor de doorstroming vanuit sociale woningbouw naar middeldure huur- of koopwoningen. Met name het gebrek aan betaalbare koopwoningen in die prijsklasse baart de PvdA zorgen. Verdel: "In een stad als Rotterdam zijn er de afgelopen jaren vooral veel huizen gebouwd in het duurdere segment. Daar zien we leegstand, terwijl gewone Rotterdammers geen betaalbare woning in de stad kunnen vinden. Veel sociale woningen worden daar gesloopt en zouden teruggebouwd moeten worden in de randgemeenten. De afspraken daarover lijken veel te vaag te zijn en we moeten doorstromers niet de stad uit willen jagen."</p>
<p>De PvdA wil dat er afspraken worden gemaakt met gemeenten, regioverbanden, woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars over welk aantal en soort woningen in welke prijsklasse moet worden gebouwd. Er moeten meer corporatiewoningen aan zittende huurders worden verkocht. "Als we het gat tussen sociale en dure woningen willen overbruggen, dan moeten we zorgen voor een trapsgewijze opbouw van prijzen op de woningmarkt. De kloof tussen goedkope en dure woningen is voor teveel mensen nu onoverbrugbaar", besluit Verdel.</p>
<p><b><font size=4> </p>
<hr id=null> </font></b></p>
<p><b>Scheefgroei op de woningmarkt; Woonvisie en provinciale rol</b></p>
<p>Aan het college van Gedeputeerde Staten, </p>
<p><b></b> </p>
<p>Toelichting</p>
<p>In het artikel ‘Tienduizenden huurhuizen staan leeg ondanks grote vraag’ in het Algemeen Dagblad van 17 maart 2006, worden als redenen voor de leegstand van huurwoningen genoemd: falend prijsbeleid, slechte voorlichting, gebrek aan renovatie (of gebrekkige renovatie), overmaat aan sloop. Oplossing: betere afstemming prijs en kwaliteit van een huurwoning.</p>
<p>Bij de behandeling van de Stand van Zaken Woonvisie enkele maanden geleden constateerden wij reeds, dat de definitie van sociale woningbouw aan "inflatie" en regionale aanpassingen onderhevig is. Er worden grenzen tussen 331 en 605 euro gehanteerd. Dit is verre van eenduidig en leidt bij monitoring van nieuwbouw op zijn minst tot een vertekend beeld van de werkelijkheid.</p>
<p>Uit contacten met woningcorporaties destilleren wij bovendien, dat er bij sociale woningbouw te weinig differentiatie in het prijsbeleid is. Mede daardoor wordt er te weinig gebouwd in relatie tot de omvang van de sloop (bijvoorbeeld in Rotterdam, waar vorig jaar bijna 4000 woningen gesloopt zijn, terwijl er maar 3000 zijn bijgebouwd, waarvan het grootste deel middelduur- en duur was).</p>
<p><b> </p>
<p> </p>
<p></b> </p>
<p>Ondergetekenden stellen aan het college van Gedeputeerde Staten de volgende vragen:</p>
<ol>
<li>Hebt u kennis genomen van het artikel ‘Tienduizenden huurhuizen staan leeg ondanks grote vraag’ in het Algemeen Dagblad van 17 maart 2006, waarin wordt gesteld dat er 35.000 huurwoningen in Nederland leegstaan, waaronder alleen al 7.000 in Rotterdam?</li>
<li>Constateert u met ons dat het gesignaleerde probleem op gespannen voet staat met de doelstellingen van de door ons vastgestelde Woonvisie 2005-2014?</li>
<li>Bent u met ons van mening dat de in de Woonvisie gehanteerde uitgangspunten en definities van ‘30% sociale woningbouw’ ontoereikend zijn om te zorgen voor een voldoende aanbod in de juiste prijsklassen? Immers: de neiging bestaat om aan die eis te voldoen door de prijzen van die 30% sociale woningbouw net onder de bovengrens van sociale woningbouw vast te stellen, waardoor er te weinig ècht betaalbare (starters)woningen beschikbaar komen. Tegelijkertijd worden er te weinig middeldure huur- en koopwoningen gebouwd die het gat kunnen opvullen tussen sociale woningen en veel duurdere woningen.</li>
<li>Bent u bereid om te onderzoeken hoe het 30%-criterium zou kunnen worden uitgebreid naar een systematiek waarbij een veel vloeiender verdeling in verschillende prijsklassen uitgangspunt is die de bovengenoemde problemen van een cesuur bij één bepaalde grens, nog verergerd door het niet eenduidig zijn van die grens, vermijdt?</li>
<li>In de Stand van Zaken Woonvisie wordt voorgesteld om een gedifferentieerd beeld te geven van de sociale woningbouw in verschillende prijscategorieën. Daarbij zou gebruik gemaakt worden van de regionale definities van sociale woningbouw. Bent u bereid om – als concrete invulling van de in de Woonvisie gewenste faciliterende en regisserende rol van de provincie – actief de totstandkoming te bevorderen van gerichte afspraken (convenanten) tussen gemeenten, regio´s, woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars over hoeveel woningen in welke prijsklasse moeten worden gebouwd? (N.B. het gaat dan niet alleen over sociale woningbouw, maar over alle woningbouw in Zuid-Holland.</li>
<li>Wilt u overwegen om in een dergelijk convenant ook de bevordering van verkoop van corporatiewoningen aan zittende huurders mee te nemen, waardoor ze makkelijk door kunnen stromen naar koopwoningen?</li>
<li>Op welke wijze zou de provincie in het kader van het bovenstaande kunnen bevorderen, dat er meer relatief goedkope koopwoningen (zowel woningen uit de categorie sociaal als woningen met prijzen aan de onderkant van de vrije sector) worden gebouwd? In de Woonvisie worden wel een aantal mogelijke instrumenten genoemd, maar welke concrete inzet er nu daadwerkelijk wordt gepleegd is op dit moment niet duidelijk, terwijl de beschikbaarheid van voldoende goedkope koopwoningen bij uitstek van belang is om de doorstroming van sociale woningen naar het middeldure segment te bevorderen.</li>
<li>Bent u het met ons eens dat er betere afspraken moeten komen over het ‘gespiegeld bouwen’ waar in de Woonvisie over wordt gesproken? In Rotterdam wordt bijvoorbeeld met name in het middeldure en dure segment gebouwd. De randgemeenten zouden dit moeten compenseren met sociale woningbouw, maar het is onduidelijk of dit wel gebeurt. </li>
<li>Kunt u ook duidelijkheid geven over de stand van zaken met betrekking tot dit gespiegeld bouwen? Dit omdat het door Rotterdam kunstmatig gecreëerde aanbod in het middeldure en dure segment lijkt te leiden tot leegstand.</li>
</ol>
<p>C.D.M. Verdel (PvdA)<br />M.A. Loose (PvdA)</p>
</div>
<div style=)